vrijdag 23 december 2011

dierenbeulerij een zoenoffer?



Het is alweer een tijd geleden dat Marianne Thieme, Partij voor de Dieren (Nederland), de voorlopig grootste teleurstelling van haar politieke loopbaan te incasseren kreeg. Waar de tweede kamer in overgrote meerderheid haar wetsontwerp ter voorkoming van dierenleed bij de rituele slacht ondersteunde, werd het zonder pardon afgeschoten door de eerste kamer. Het wetsontwerp bleek eensklaps totaal niet te deugen.  Nou kun je je afvragen wat de eerste  kamer hiermee in feite tegen de tweede kamer zegt, en of ze haar boekje niet te buiten is gegaan, maar aan die politieke implicaties begin ik niet. Ik besef heel goed dat er allerlei oneigenlijke overwegingen in de eerste kamer  meegespeeld kunnen hebben. Ik kan de huichelachtige gezichten er zowat uit het hoofd bijtekenen. Maar wat wil je, politiek is nou eenmaal geen moraaltheologie.



Ik wilde er eerst niet op reageren, maar de reactie van het Joodse Wereldcongres heeft me er toch toe aangezet om nog maar eens van leer te trekken. Ik vind de reactie bij monde van de voorzitter namelijk getuigen van een verregaande arrogantie. De voorzitter bestaat het om te spreken van een overwinning, waarbij de rede en de godsdienstvrijheid voor gaan op, nota bene, "overdreven politieke geestdrift". Dit wordt nog eens dik onderstreept door De Amerikaanse Anti-Defamation League, die verheugd is dat joden zich geen tweederangs burgers hoeven te voelen. Een verbod zou volgens de Joodse federatie een 'gevoel van intolerantie jegens het traditionele jodendom' aangewakkerd hebben.  Deze reacties getuigen  werkelijk van een kortzichtigheid, want dat is nou precies wat er wel is gebeurd: er is onbegrip gegroeid, hetgeen inderdaad wel degelijk tot intolerantie zou kunnen leiden. Bovendien is het zo dat  als  op basis van wetgeving een handelswijze wordt afgekeurd, er geen sprake is van intolerantie maar van het juist toepassen van een democratisch tot stand gekomen wetgeving. Nou moet je oppassen als je zo'n levenshouding bij mensen die zich zo fundamentalistisch, orthodox en ja, zich inderdaad, soms zelf redeloos opstellen, onder kritiek stelt, want je krijgt onmiddellijk een felle antireactie waarin ze soms ook het hun in het verleden aangedane leed als argument in de strijd werpen, en daarmee een voordelige uitzonderingspositie claimen. En toch, dat kan me niet weerhouden, en ik zal weloverwogen mijn kanttekeningen maken. Ik richt me op het Jodendom, en niet op de Islam, hoewel ook voor Islamieten het handhaven van de rituele slacht een dringende om  niet te zeggen dwingende wens is.

Waarom is de reactie van het Joodse Congres kortzichtig? Dat is nogal wiedes toch. De Joodse Gemeenschap heeft met deze opstelling namelijk bepaald niet aan sympathie gewonnen, integendeel. De overgrote meerderheid van de Nederlandse bevolking is het met Marianne Thieme eens: bij de rituele slacht wordt de offerdieren onbedoeld maar ook ongenadig veel pijn aangedaan, en dat dan alleen om der wille van het handhaven van een ook binnen de Joodse Gemeenschap zelf discutabele interpretatie van de Thora.   In feite staat er over de slachtmethode in de thora niets vermeld. Dat hoefde ook niet, omdat er in die dagen  maar één slachtmethode was, en dat was achter het dier te gaan staan  en het dan met een forse haal de keel te oversnijden, het dier vervolgens goed vast te houden en het te laten  leegbloe-den. Griezelig feit is dat door sommige fundamentalistische groeperingen dezelfde gruwelijke methode werd toegepast bij  de "terechtstelling " van ongelovigen die hun gram over zich hadden afgeroepen, of die ontvoerd waren. Maar we moeten verder terug gaan in de geschiedenis. Er is een tijd geweest dat de oudste zoon werd geofferd om de Almachtige te behagen en goedgunstig te stemmen. Later is dat in de kerk gesublimeerd tot: de oudste zoon moet priester worden en zo worden afgestaan aan de kerk en aan God.  Het boek Genesis van de Joodse bijbel verhaalt hoe Abraham met zijn zoon Isaac op weg was om hem te offeren, en zo letterlijk precies dat te gaan doen en met  exact dezelfde methode: met een scherp mes de keel oversnijden. Zijn grote verdienste in de geschiedenis  is geweest dat hij inzag dat Hij, de Almachtige, dit niet van hem kon verlangen en ook niet verlangde, en dat een plaatsvervangend dierenoffer zou volstaan om hem gunstig te stemmen. Daarmee is een fundamentele verandering gekomen in het religieuze beleven van de Joden. Waar het  mij nu om gaat is de vraag waarom de Jood van nu niet tot eenzelfde inzicht zou kunnen komen op een aanverwant punt, en zou kunnen concluderen dat het met de rituele slacht ook anders kan en mag en in de ogen van velen ook anders moet.  Kan de samenleving aan de toegepaste methode wegens strijdigheid met andere beginselen paal en perk stellen? Ja, volgens mij wel, maar eigenlijk zou de Joodse Gemeenschap dat zelf moeten doen, en waarom doen ze dat dan niet. Zien wij hier als rationele westerlingen soms iets over het hoofd?

Dat brengt ons dan bij de vraag waarom de Jood zo aan de details van de rituele slacht op zich hecht. We moeten dan wel de rituele slacht in alle opzichten in ogenschouw nemen, ook de methode van doden. Een ritueel houdt immers altijd meer in dan een godsdienstig prevelementje, zoals dat wordt uitgesproken in de Katholieke Kerk tijdens de consecratie. Want tussen haakjes, ook dat, de kruisdood van Jezus, is een soort rituele slachtpartij. In de ogen van sommigen wordt bovendien Jezus als slachtoffer voedsel voor het volk en is er in wezen dus zelfs sprake van een kannibalistisch feestmaal (eveneens volgens sommigen). Maar dat is een zijspoor. Terug naar de vraag: wat houdt het begrip ritueel in en kunnen we misschien meer begrip krijgen voor  het Joods Orthodoxe standpunt. Laten we er eens van uitgaan dat het slachten zelf, de gepleegde handelingen, voor de Jood een essentieel onderdeel vormen  van de geloofsbeleving. Kunnen we daar dan begrip voor opbrengen ook als we Marianne heten? Daarbij moeten we ons realiseren dat het offerdier sowieso gedood wordt. Het gaat hier uitsluitend over de wijze waarop het dier gedood wordt, en of dat zo zorgvuldig gebeurt dat het dier zo min mogelijk lijdt. Lijden doet het toch, zelfs als het verdoofd zou worden.

Wat kan de bedoeling zijn van het onverdoofd slachten. God, JHWH eer brengen? Geniet JHWH er volgens de Jood van om op  die manier een offer te krijgen opgedragen ? Heeft hij plezier in het leed van de schapen? Dat kan toch niet waar zijn. Hoewel we moeten toegeven dat sadisme die vroege culturen niet vreemd was. De koning, de keizer en hun vrouwen genoten wel degelijk van de slachtpartijen door de gladiatoren die elkaar afmaakten in de arena. Is het doden op zich en het lijden waarmee het gepaard gaat, dan soms ook iets wat voor de Joodse God zo belangrijk is  dat het persé onverdoofd moet gebeuren? We moeten die vraag stellen al klinkt het bizar. Als ik iets begrepen heb van het Judaïsme dan is het wel dat volgens deze opvattingen de Thora, de Joodse bijbel, voortdurend geherinterpreteerd dient te worden naar de vragen van de tijd. Maar willen we iets dieper begrijpen dan zullen we toch allereerst terug moeten naar de oorsprong van het offer. Het gaat immers nu niet om de slacht op zich, maar om het offer dat gebracht wordt. Het offer wordt gebracht door allereerst het dier te doden, en vervolgens een deel van het dier af staan aan de priester(s), een deel wordt verbrand en  het grootste deel wordt door de eigenaar mee naar huis genomen en daar klaargemaakt voor familie en gasten. Je zou zeggen dat de wijze waarop het dier gedood wordt in feite niet relevant is, als die maar niet getuigt van minachting voor het dier, want dat zou voor de Jood lasterlijk zijn ten opzichte van de Heer. Dit lijkt dus verdoving niet uit te sluiten.

We kunnen misschien beter aanvoelen waarom de Jood desondanks van onverdoofd slachten toch zo'n  punt maakt. Het brengen van offers, dat wil zeggen het afdragen van een deel van de vruchten van de arbeid aan JHWH, en dan wel uiteraard het beste deel, was een getuigenis van de gelovige levenshouding. Het eer brengen aan God, en aangeven dat God het primaat heeft in alles, zat hem niet slechts in hetgeen geofferd wordt, maar ook in de handelingen van het offeren zelf, het hele gebeuren dus. De handeling van het doden van het dier is daarmee een heilige zaak, die het uiterste aan zorgvuldigheid vereist in uitvoering en methode en  in de omstandigheden waarin het doden en het slachten gebeurt. Dat was al lang zo vóórdat Marianne ten tonele verscheen. Het is  niet zo dat de eerste de beste zo maar kan gaan slachten, omdat door de ondeskundigheid het dier dan onnodig zou lijden, wat in de Joodse visie in feite een belediging is voor God, die het dier geschapen heeft. De Jood dient zich ook voortdurend af te vragen of hij wel het uiterste doet om het offer niet alleen op een eerbiedige manier maar ook op een adequate manier te brengen. Heeft hij alles gedaan om het schepsel dat geofferd wordt met eerbied en kundigheid zo te behandelen dat ook in de handelingen die uitgevoerd worden de Schepper van het dier wordt geëerd.

In het Judaïsme  is het essentieel om in alles gecultiveerd en eerbiedig te handelen; dat is wat de Thora, de Godsdienst, voorhoudt. Met dat als uitgangspunt is het te begrijpen dat de Jood bestrijdt dat het dier door de toegepaste methode onnodig lijdt, waar hij zelf het uiterste doet om het doden en het slachten volgens de hoge standaard die hij zichzelf oplegt uit te voeren. Het willen toepassen van een verdoving om dierenleed te voorkomen lijkt daar een dik vraagteken achter te zetten. Ik kan de Joodse religie daar eigenlijk wel in volgen.  Dat het dier leed wordt aangedaan is niet te voorkomen ook niet door verdoving. Onverdoofd slachten verplicht de mens ertoe om inderdaad het offerdier met de grootst mogelijke zorgvuldigheid te behandelen. Verdoving kan ertoe leiden dat het lijden van de dieren nog vergroot wordt, omdat de zorgvuldigheid van handelen  wordt vervangen door een spuitje. Ja, ik heb alles overwegende wel begrip voor het standpunt van  het Judaïsme, maar dan wel in zijn allesomvattende vorm. Dat sluit evenwel voor mij niet uit dat de reacties vanuit het Jodendom op de inbreng van Marianne Thieme afkeurenswaardig zijn.  Begrip zal er van twee kanten moeten zijn zeker met het oog op de toekomst. Marianne laat het er namelijk niet bij zitten, en ook dat moet gerespecteerd worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten